Hoofdstuk 13 - Bij vrienden

oefening 5


Zet deze zinnen in het perfectum. Kijk eerst in de lijst of het werkwoord misschien onregelmatig is.

Let ook op hebben en zijn.


Als je alles hebt ingevuld, klik dan op: Controleer oefening.

1. Ze begrijpen ons niet goed.
Ze ons niet goed .

2. Jullie hebben geluk!
Jullie geluk !

3. We lachen erg om die film.
We erg om die film .

4. We lopen naar het centrum.
We naar het centrum .

5. Ik mis je!
Ik je !

6. Onze hond komt onder een auto.
Onze hond onder een auto .

7. We praten over allerlei dingen.
We over allerlei dingen .

8. Hij studeert in New York.
Hij in New York .

9. Ik doe mijn jas niet uit.
Ik mijn jas niet .

10. We wandelen in het park.
We in het park .

11. Ik vergis me.
Ik .

12. We zwemmen elke dag.
We elke dag .