Hoofdstuk 15 - In de trein

oefening 1

Vul het goede woord in uit de de rechterkolom.

Als je alles hebt ingevuld, klik dan op: Controleer oefening.

Ik heb een ____ van Van Gogh gekocht.
Een echte Van Gogh? - Nee, natuurlijk niet, je maakt zeker een ____!
Ik denk dat het gaat regenen, moet je die donkere ____ eens zien.
Hoe laat vertrek je? Ik ga met de trein van 11.44 uur naar Schiphol en dan vertrekt mijn ____ naar Madrid om 15.45 uur.
Wil je het ____ dichtdoen, ik vind het een beetje koud.
Wat wil je op je ____? Ik heb kaas en tomaat.
We gaan in het weekend wandelen bij het Naardermeer, een prachtig ____.
Nederland is bij buitenlanders vooral bekend om de ____.
Angus komt uit Schotland. Hij vindt Nederland erg plat en mist de ____.
Veel mensen vinden het fijn om in het weekend in de ____ te zijn.
Ik moet even naar de supermarkt om een ____ suiker te halen.
Ik ga boodschappen doen maar ik neem geen ____ mee want ik kan alles wel met de hand dragen.
Maria is op vakantie naar Colombia geweest. Ze heeft daar zoveel gekocht dat haar ____ zwaarder was dan 30 kilo!
Weet jij wat het ____ is tussen een huis en een woning?