Tekststructuur

Stap 6

De vraag uit het boek (+ antwoord)

Wat werkt beter: groot beginnen of eerst iets kleins aanpakken?

Wie wil er nu een groot houten bord in zijn voortuin met daarop een grote poster van een verkeersveiligheidcampagne? Niemand toch? Robert Cialdini haalt in zijn boek een onderzoek aan waarin in de ene wijk bijna niemand toestemming gaf. In een vergelijkbare wijk waren vier keer zo veel mensen bereid het onooglijke gevaarte te laten plaatsen. Het verschil? In de wijk waar meer mensen de borden lieten plaatsen, was tien dagen eerder aan mensen gevraagd of ze een kleine kaart achter hun raam wilden plaatsen om de campagne te ondersteunen. Mensen willen graag consistent zijn, zo betoogt Cialdini. Wie A zegt, wil ook B zeggen. Heb je een jurk op een website eenmaal aangevinkt als favoriet, dan is de kans groter dat je hem ook koopt, want mensen vinden het consistent als ze iets wat ze eerder mooi vinden, later ook nog mooi vinden.

Is het handig klein te beginnen? Wel als je jezelf daarmee dwingt om consistent te zijn. Als je jezelf de opdracht geeft een kopje koffie te zetten, je bureau even op te ruimen en een lijstje te maken van de dingen die je vandaag aan je tekst wilt doen, dan lijkt dat een kleine moeite. Een werkje van 10 minuten. Maximaal. Ben je eenmaal daaraan begonnen, dan is het eigenlijk logisch om door te gaan. Een reis van duizend dagen, begint bij de eerste stap.

Werkt het dan ook weleens om groots te beginnen? Een doel voor ogen hebben, is wel handig. En voor sommige mensen werkt het uitstekend als dat doel groots en meeslepend is. Sommige mensen komen nu eenmaal amper in beweging als de opdracht is om alleen voor een studieopdracht een sollicitatiebrief te schrijven, maar zijn een stuk gemotiveerder als het om een bestaande vacature voor een droombaan gaat. Weet waar je geen wilt gaan. Je weet pas in welke richting je een eerste stap kunt zetten, als je weet wat je reisdoel is.

Bij schrijfonderwijs is gemeten of de schrijfvaardigheid van studenten toeneemt als ze elke week een tekst schrijven. Het effect hiervan is niet wetenschappelijk aangetoond (Van den Bergh, 2014). Maar misschien komt dat wel doordat de studenten het belang van deze wekelijkse teksten niet groot achten. Ik werkte zelf enige jaren als journalist. De teksten die ik schreef werden gepubliceerd en door een groot publiek gelezen. Bovendien kreeg ik vrij directe feedback van collega's als ik iets goed deed of als ik een fout maakte. Daardoor ging mijn schrijfvaardigheid met sprongen vooruit.